maandag 13 januari 2020

7. De eerste afdelingen

Kaart met de eerste 18 NJN schoolafdelingen van Nederland, nummers geven aantal afdelingen per plaats aan
Zoals al vaker gezegd is de NJN ontstaan als een federatie van school-afdelingen. De eerste maanden van haar bestaan in de tweede helft van 1920 werden berichten in DLN gepubliceerd, in 1921 werd Natura van de NNV het blad waar mededelingen aan de leden stonden. Dit bleef zo tot 31 december 1921. In  De Levende Natuur stonden lijsten van de betrokken afdelingen van de NJN met hun secretarissen (7.1). Uit die lijsten heb ik bovenstaande kaart gereconstrueerd waarin we kunnen zien dat vooral in het westen, midden en noorden van het land de eerste afdelingen lagen. Bij nader inzien bleek afdeling Haarlem (7.2) niet in deze lijsten voor te komen, maar deze is wel op kaart toegevoegd. Het verslag van de oprichting verhaald over 17 betrokken afdelingen, maar in de tweede helft van 1920 werden uiteindelijk 18 afdelingen genoemd.
Een reden hiervoor zou in het feit kunnen liggen dat de schoolafdeling in Utrecht op 9 november 1920 besloot niet toe te treden tot de NJN (7.3). De precieze reden staat nergens vermeld, maar erg voor de hand liggend is dat de schoolafdeling van het CGU (Christelijk Gymnasium Utrecht, de Nat. Hist. Ver. Atalanta) als ‘christelijke’ school niet aangesloten kon zijn bij een ‘neutrale’ club als de NJN. Ook ‘Hydra’ uit Den Haag sloot zich in 1920 niet bij de federatie van de NJN aan. Hun plant- en dierkunde leraar Joh. van Burkom was daar tegen. De oplossing daarvoor was dat er later voor de leerlingen van die H.B.S. die NJN-er wilde worden in 1922 de ’NJN-propagandaclub ‘De Haagse Trekvogels’ werd opgericht (7.4). Dit zou als eerste niet-school-gebonden NJN afdeling kunnen worden beschouwd. In het IISG ligt verder een interessante brief gedateerd november 1920 dat aan de geïnteresseerde Delftsche Biologische Vereeniging voor Gymnasium en H. B. S. werd gestuurd door de tweede secretaris Piet Baak. Deze roemt in de brief oa. de insignes (prijs per 1000 slechts 28 cent per stuk) en het handige fluitsignaal (zeer gemakkelijk elkaar op afstand te herkennen)(7.5; zie foto's beneden). Blijkbaar waren dit overtuigende argumenten (of in ieder geval geen reden om zich niet aan te sluiten) en sluit de schoolafdeling Delft zich aan.
De NJN had in januari 1921 meer dan 600 leden (7.6), waarvan de Natuur Historische Gymnasiasten Vereeniging in Den Haag de grootste was met 150 leden (7.7). Het totale aantal is zonder een onbekend aantal leden uit Utrecht, die ongeveer weggingen toen de 100 nieuwe leden zich vanuit Delft zich hadden aansloten. Overigens was de latere afdeling DeRij (Delft-Rijswijk) geen directe voortzetting van deze eerste schoolafdeling in Delft. Ik hoorde onlangs dat eind jaren vijftig de afdeling Delft heropgericht werd.  

Over de situatie van de scholen in Groningen had Sebastiaan Vos ons op Facebook laten weten dat de gemeentelijke H.B.S. in Groningen is opgegaan in wat nu het Zernike College heet; de Rijks H.B.S. Groningen werd Rijksscholengemeenschap Kamerlingh Onnes, daarna Kamerlingh Onnes College en die school heet tegenwoordig het Reitdiep College, tot slot is de meisjes H.B.S. opgegaan in het Thorbecke College en vandaar via Scholengemeenschap Oost heet die school nu het H.W. Werkman Stadslyceum (7.8). 

Verder weet ik dat het Amsterdamsch Lyceum (nu echter zonder ‘ch’) nog steeds bestaat onder dezelfde naam. Dit was ooit  de via de in 1917 opgerichte schoolafdeling Philanthus de NJN afdeling Amsterdam I geworden (7.9, zie foto hieronder). Rond 1955 heeft de NJN echter besloten de school-afdelingen op te heffen; Amsterdam I zou als NJN afdeling dus maximaal 35 jaar oud geworden kunnen zijn.

Opmerkingen 
7.1 John Betrem ‘Scholierclubs’ in De Levende Natuur 1919 nr. 24(7) blz. 223; en Jac.P. Thijsse ‘Adressen van verschillende jeugdclubs’ in De Levende Natuur 1920 25 blz. 31.
7.2 Brief uit 1921 (er staat boven 1920/1921) in het IISG 'Verslag van de Secretaresse' ondertekend door Erry du Marchie Sarvaas, wat gaat om afdeling Haarlem.
7.3 Brief uit Utrecht, gedateerd 9 november 1920. In IISG.

7.5 Jan Nijkamp in ‘80 jaar KNNV’ uit 1981, uitgave KNNV (blz. 117-118)
7.5 Brief Piet Baak aan de Delftsche Biologische Vereeniging voor Gymnasium en H. B. S. handgeschreven in november 1920 op de achterkant van het eerste informatiestencil van de NJN (laatste handgeschreven en de paarse tekstkleur duidt vrijwel zeker op het eerste NJN stencil ooit) in IISG
7.6 ‘Aan alle leden van de Jeugdbond en andere Belangstellenden’, stencil 8 pagina’s, uitgave februari 1921 (met het eerste reglement opgeschreven in oktober 1920). In het IISG.
7.7 B
rief 19 nov. 1920 in IISG.
7.8 Sebastiaan Vos zei dat er in ieder geval ook archiefmateriaal van die scholen bij de Groninger Archieven liggen.
7.9 
Winnie Meyer Ricard heeft me dat onlangs geschreven


Brief november 1920 Piet Baak aan Delft


Eerste NJN stencil achterzijde brief november 1920 Piet Baak aan Delft



Een tentoonstelling van Philantus/Amsterdam I uit 1947, ter gelegenheid van het 6e lustrum (foto via Winnie Meyer Ricard uit het Amsterdam stadsarchief)

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

37. So Long, Farewell, Auf Wiedersehen, Goodbye

Foto 1: Kort verslag over de eerste excursie naar de Baest bij Oirschot die ik als proef lid meemaakte op 29 oktober 1972 in de Fragilaria e...